We vertellen niets nieuws als we zeggen dat Do Van Ranst iemand is die eigenlijk niet in een hokje te plaatsen is. Want met boeken als “Morgen is hij weg”, voor jongere kinderen vanaf een jaar of acht, kan hij veel lezers bekoren. “Mijn vader zegt dat wij levens redden” gaat over een meisje dat op een gevaarlijke plek woont, voor veertienplussers. Dit boek wordt momenteel verfilmd. En wie kent Dina niet? Het flitsende meisje in een toffe buurt, met de goeie vrienden en vriendinnen, en gek op toneelspelen.
Ja, na zijn debuut “Boomhuttentijd” uit 1999 bleek al dat Van Ranst absoluut geen toeval zou blijven.
Met
Iedereen bleef brood eten
schrijft hij een boek over WOI. In 2014 zal het begin van De Groote Oorlog 100 jaar geleden zijn. Voor onze grootouders is hij misschien nog iets minder ver weg als ze jong zijn: ze maakten WOII van dichtbij mee.
Wat weten wij eigenlijk over WOI? Do Van Ranst gaat in op hoe drie jongeren, Kamiel, Simon en Nelle zich met jeugdig enthousiasme in de oorlog storten, waarvan ze denken dat hij heel erg snel voorbij zal zijn. Het draait echter anders uit, en de oorlog tekent hen. Nelle werkt als verpleegster aan het front, en Simon en Kamiel vechten in de loopgraven.
Do Van Ranst focust op het leven van Nelle, Kamiel en Simon. Kamiel is de beste vriend van Simon, en Nelle is Simons lief. Het is in het begin wel een beetje verwarrend omdat je als lezer onmiddellijk meerdere verhaallijnen moet volgen. Maar langs de andere kant kom je ook te weten hoe beide hoofdpersonages de oorlog zelf ervaren en wat hun kijk erop is. Dit is één van de meest, voor mij persoonlijk, interessantste dingen aan het boek: de oorlog is voor iedereen verschillend en wordt door iedereen op een andere manier bekeken.
Door die wisselingen blijft het verhaal ook steeds ongemeen boeiend.
Van Ranst schrijft levendig, en zijn personages worden in geen tijd moeilijk te missen mensen, ook voor lezers van nu.
Hij hanteert een aangename manier van vertellen. Niet iedereen begint vol goede moed aan een historische roman over de eerste wereldoorlog en werkt hard tot het einde.
De oorlog is donker en zwart en er is weinig moois te zien op de slagvelden en in de loopgraven. Maar ook in die verschrikkelijke oorlog is er liefde. Liefde is namelijk overal. Door de liefde tussen Nelle en Simon te beschrijven, zorgt Do ervoor dat het boek een stuk minder zwaar is en leesbaar voor jongeren.
Nelle en Simon vertellen elk om de beurt hoe hun leven eruit ziet in tijden van oorlog. Simon vertelt over zijn leven thuis, de angst van zijn ouders, de mogelijkheid tot vluchten naar Nederland en hoe hij zich dan uiteindelijk toch opgeeft om mee te gaan strijden. Nelle vertelt op haar beurt hoe zij ervoor kiest onmiddellijk iets te doen. Ze gaat als verpleegster werken in een veldhospitaal en krijgt de gruwelijkste kant van de oorlog te zien: mannen zonder ledematen, mannen zonder gezicht of mannen die gewoon niet meer te redden zijn.
Zelf wist ik erg weinig over WO I en dat zorgde er ook wel voor dat mijn nieuwsgierigheid geprikkeld was. Na het lezen van het boek besef ik dat ik dingen heb bijgeleerd, ook al ligt het onderwerp voor mij heel ver weg. Desondanks was het verhaal heel aangrijpend en de pijn, het verdriet, de angst die de mensen elke dag moesten ondergaan, lieten me telkens weer beseffen hoe hard het leven toen was.
Do Van Ranst is er in geslaagd een boek te schrijven dat zowel door jongeren als door volwassenen gelezen moet worden en dat zeker niet mag ontbreken op de stapel van historische romans over de eerste wereldoorlog.
Deze recensie is samen geschreven met Katrien Temmerman uit Vlaanderen. Katrien schrijft over boeken op haar eigen blog
Iedereen bleef brood eten / Do Van Ranst / Uitgeverij De Eenhoorn / 2013 / 448 pag. / ISBN 9789058388438
Toevoeging aan het boek