Als eerste kan ik alleen maar zeggen wat een onwijs gaaf boek is dit. Het is echt een tijd geleden dat een boek mij zo in zijn greep had. Elke vrije minuut die ik had trok het boek mij naar zich toe en kon ik gewoon niet stoppen met lezen.
De labyrintrenner
begint met uitleg over Thomas, dit is de hoofdpersoon in het boek. Vanuit zijn gedachten ga je mee in het verhaal. Toen zijn ‘’nieuwe leven’’ begon, stond hij in een kille duistere metalen box. Het enige wat hij zich kan herinneren is dat hij Thomas wordt genoemd, verder lijkt zijn geheugen volledig te zijn gewist. Nadat de box waarin Thomas zit na een lange rit met een schok tot stilstand komt, hoort hij boven zich geluid. Het zijn de jongens van de Laar, die hem uit de box omhoog helpen. Het lijken allemaal jonge jongens te zijn rond het begin van de puberteit. De grote ruimte waar Thomas terecht komt, wordt de Laar genoemd. Het is een bizarre plek die rondom ingesloten is door vier reusachtige muren van grijze steen. Thomas zit vol met vragen, maar er is geen tijd om deze te stellen. Dit eerste gedeelte van het boek roept ook bij de lezer veel vragen op, eigenlijk dezelfde vragen waarmee Thomas ook in zijn hoofd zit. Hierdoor wil je het boek snel verder lezen, om achter antwoorden te komen.
Chuck een kleine jongen wordt hem toegewezen om hem te laten zien waar hij de nacht kan doorbrengen en verder moet hij tot de volgende dag wachten tot hij een rondleiding krijgt. Al snel heeft hij door dat niemand die in de Laar verblijft, zich ook maar iets herinnert van vroeger, behalve degenen die -de verandering- hebben doorgemaakt, nadat ze zijn gestoken door een zgn. ‘griever’. De jongens die dit hebben overleefd na toediening van een serum, zijn daarna ook veranderd en weten dat de herinneringen die ze hebben van buiten de Laar, van vroeger alles behalve goed zijn. Thomas had al vrij direct bij binnenkomst een sterke drang om renner te worden, terwijl hij eigenlijk niet eens goed wist wat dit inhield. Hij heeft steeds vaker momenten dat het lijkt alsof hij dingen herkent, terwijl hij vrij zeker weet dat dit de 1e keer is dat hij hier is geweest. Iedereen binnen de groep heeft zijn eigen taak en orde is erg belangrijk om te overleven. Overdag proberen de Renners een uitgang te vinden in het labyrint, maar doordat de muren bewegen, lijkt dit onmogelijk. Ook moeten ze binnen de poorten van de Laar terug zijn, voordat het donker wordt. Buiten de poort wacht onherroepelijk de dood. Op een avond vlak voordat de poorten sluiten, gaat Thomas tegen de regels in. Dit heeft grote gevolgen voor hem, voor de medebewoners van de Laar, de rust en orde handhaving. Maar ook voor een mogelijke grote stap richting het einde. Of dit einde goed of slecht is, is nog maar de vraag.
Als alles wat lijkt te zijn gekalmeerd, komt er plots een nieuwe inwoner via de box binnen. Dit keer een meisje, dat meer dood dan levend lijkt te zijn. Met in haar hand een briefje “Zij is de laatste. Ooit”. Sinds het ongewone verschijnen van het meisje, veranderd er snel van alles binnen de muren van de Laar, de drang om zo snel mogelijk een uitgang te vinden in het labyrint is groter dan voorheen, zeker wanneer ze in de avonden niet langer meer beschermd zijn door de grote stenen muren voor de verschrikkelijke grievers. Alles wordt op het spel gezet, om uit het labyrint te ontsnappen en om het ijzingwekkende geheim dat schuil gaat achter hun lot te ontrafelen.
Het is een superspannend boek en zodra je op het einde bent aangekomen, dan kan je eigenlijk niet wachten totdat het volgende deel uit is en je deze kan gaan lezen. Ik ben na het lezen van het boek ook erg benieuwd naar de gelijknamige bioscoopfilm en ga proberen deze ook zeker te zien binnenkort.
De labyrintrenner / James Dashner / vertaling door Rogier van Kappel / Uitgeverij Querido / 2014 / 320 pag. / ISBN 9789021454658
Deze recensie is geschreven door Marion Poeste Thomas, 24 jaar. Door meerdere chronische ziektes is gewoon werk voor Marion niet mogelijk. Schrijven en lezen zijn haar grootste hobby’s.