“Ik had de opdracht gekregen om mijn gedachten hardop uit te spreken en niet alleen in mijn hoofd, maar ik besloot ze op te schrijven. (…) Wat uit de pen kwam en op de bladzijde belandde was zo’n beetje alles wat ik niet wilde weten.”

Als fervent lezers zijn wij allemaal het één en ander verschuldigd aan schrijvers. Zij geven ons boeken om mee te huilen, te lachen, te schreeuwen en van te genieten. Ik vraag me nog wel eens ongelovig af hoe ze het verzinnen, als ik een ongelofelijk goed of juist een bizar wreed boek lees. Verschillende schrijvers hebben geprobeerd dit in woorden te duiden, waaronder George Orwell (

Waarom ik schrijf,

1946) en Virginia Woolf (

Een kamer voor jezelf

, 1929). Met

Dingen die ik wil weten

kan een nieuw werk aan dit illustere rijtje worden toegevoegd. Deborah Levy (1959) onderzoekt hierin hoe de gebeurtenissen in haar leven ertoe hebben geleid te gaan schrijven.

In het boek komt naar voren dat Levy al vroeg begonnen is met het op papier zetten van haar gedachten. Dit blijkt een klassiek voorbeeld van oefening baart kunst te zijn. Levy heeft een gave voor het laten vloeien van taal. Van haar perfecte woordkeus tot een goed lopend ritme, het is allemaal terug te zien in haar teksten. Hierbij ook een groot compliment naar de vertalers: het kan niet makkelijk geweest zijn om de poëzie-benaderende zinnen om te zetten naar een andere taal, maar dit is ontzettend goed gelukt. Het effect hiervan is dat je meegevoerd wordt door de tekst, naar Zuid-Afrika, Mallorca en Engeland. Je kan de pijn en de verwarring van een jonge Levy voelen en ermee sympathiseren.

Toch is

Dingen die ik niet wil weten

veel meer dan een goed geschreven, emotionele roman. Het is het verhaal van een stil meisje dat leert haar stem te verheffen om gehoord te worden. Het is het verhaal van een vrouw die haar leven lang de outsider is geweest. Zelfs meer dan dat, het is het verhaal van vrijgevochten nicht Melissa; van een noodgedwongen zelfstandige moeder; van een non die niet in God gelooft. Dit verhaal is opgedragen aan de vrouwen die Levy de waardevolle lessen hebben geleerd. Van die lessen kunnen wij, als lezers van Levy’s boeken, nu de vruchten plukken.

Of je nu bekend bent met Levy’s boeken of niet, dit autobiografische werk is het waard om te lezen. Het enige waar daarbij rekening mee gehouden moet worden, is dat het een vrij interpretabel werk is. Levy zet min of meer gewoon haar gedachten op papier, waardoor het verhaal doelloos aan kan voelen. Daar staat tegenover dat het niet zo dik is, dus gelukkig verzandt het niet in details. In plaats daarvan zet

Dingen die ik niet wil weten

aan tot nadenken – over vrouwen, over schrijven, maar bovenal, over jezelf.

Dingen die ik niet wil weten / Deborah Levy / Vertaling Astrid Huisman en Roos van de Wardt / Uitgeverij De Geus / 2020 / 154 blz. / ISBN 9789044543896


Lisa:

ik studeer aan de TU Delft. Ik lees al sinds ik heel klein ben. Tegenwoordig lees ik vooral veel Young Adult fantasy en Engelse/Nederlandse literatuur, bij voorkeur in het Engels. Tot mijn favorieten behoren de A Court of Thorns and Roses serie, To Kill a Mockingbird, The Remains of the Day en Fangirl. Mijn favorieten wisselen echter nogal per dag en per humeur.


Dit boek kun je meteen bestellen via deze bestellink van Libris.nl


.


.