Volledig Chicklit, meer niet…

Clichéverhalen, liefdesperikelen, leedvermaak en een enorme dosis voorspelbare gebeurtenissen; menig chicklitverhaal bevat het allemaal. Zo ook Hij, hij en ik. De roman van

Kristan Higgins

slaagt met vlag en wimpel als het gaat om zoetsappige liefdesverhalen met een behoorlijke portie leedvermaak en ellende. De roman, vertaald door Renée Olsthoorn, leest weg als een trein, vermaakt menig lezer, maar komt niet verder dan de stempel ‘simpel’. En dat is soms best oké.

Higgins beschrijft het verhaal van de (what’s in the name) Faith. Na haar mislukte relatie met Jeremy is ze halsoverkop vertrokken uit haar woonplaats. Wanneer ze uiteindelijk voldoende moed heeft verzameld om weer te gaan daten, mislukt haar eerste poging faliekant: date Clint blijkt getrouwd te zijn. Een ramp lijkt compleet.

Al snel blijkt het echter nog erger te kunnen. Faiths vader, de man die na de dood van zijn vrouw jaren alleen was, lijkt een bizarre vrouw aan de haak geslagen te hebben en Faith keert terug naar haar woonplaats om een eventueel huwelijk te stoppen. De eerste persoon die ze daar echter ontmoet, is Levi; de jongen die het huwelijk tussen Jeremy en Faith verpestte. Een confrontatie met Jeremy lijkt bovendien onvermijdelijk. Faith kan geen kant meer op.

Alleen de plotbeschrijving wijst al op een simpel, maar aantrekkelijk liefdesverhaal waarin leedvermaak voorop staat. Dit blijkt dan ook de complete waarheid. Als lezer smul je vanaf het begin van de ellende die Faith te wachten staat en wacht je op het moment dat Cupido zijn slag slaat. Aantrekkelijk taalgebruik is daarbij helpend. Je deinst gemakkelijk door het verhaal en je verfilmt alle scenisch beschreven situaties. Alle verhaallijnen zijn vanaf de eerste letter voorspelbaar en de afloop van het verhaal laat zich eigenlijk in het begin al zien. Personages zijn makkelijk te doorgronden, tonen weinig diepgang en voldoen aan alle vooroordelen en clichébeelden: verschrikkelijke stiefmoeders, knappe homo’s, verleidelijke mannen en soms wat onderdanige vrouwen. Iedere zoektocht naar diepgang wordt direct afgebroken: het is er simpelweg niet.

Toch is Hij, hij en ik niet goed weg te leggen. De humoristische verteltrant van Higgins werkt aanstekelijk, evenals de plotverloop. Het is de enorme portie leedvermaak die het verhaal aantrekkelijk maakt. Het liefdesverhaal van Faith lijkt in niets op een sprookjesverhaal en dat is juist wat de lezer triggert. Alle andere verhaallijnen – waarin ellende met een hoofdletter ‘E’ weergeven mag worden – dragen echter ook bij aan het succes. Higgins grossiert in het aanbrengen van problemen en geheimen binnen het gezin van Faith. Het ene probleem is nog clichématiger en voorspelbaarder dan het andere, maar dat mag de pret niet drukken: voor vakantieliteratuur is het prima.

Conform de klassieke opbouw van een doorsnee chicklit eindigt Higgins met een gigantische portie ellende. Drama’s lijken zich op te stapelen tot een ongekend hoogtepunt en een goed einde lijkt onmogelijk. Maar, in sprookjesland is niets helemaal onmogelijk. Wellicht krijgt Faith toch de kans op een goed en gelukkig leven? Higgins stelt het antwoord uit tot de laatste bladzijde.

Hij, hij en ik is een oppervlakkig verhaal dat prima past in de wereld van chicklitverhalen. Het is een boek dat zo mee kan in een reiskoffer naar een of ander tropisch vakantieland. Echter, de hongerige lezer – de lezer die zoekt naar vernieuwing, naar verrassing of naar stilistische pracht –, doet er beter aan dit boek over te slaan. Higgins is overduidelijk gegaan voor het leesvermaak op de oppervlak: liefde, leed en humor.

Kristan Higgins / Hij, hij en ik / Vertaald door Renée Olsthoorn / Uitgeverij HarperCollins / 414 blz. / ISBN: 9789402725704