De nieuwste van Griet Op de Beeck is een bundel met verhalen, vijftien in totaal. Hele verschillende personages vertellen hun verhaal. Het overkoepelende thema is eenzaamheid en verdriet. Alle verhalen zijn indrukwekkend en vernietigend triest, maar toch zijn er een aantal verhalen die net dat beetje extra in mijn gedachten blijven spoken.
Zo is er het verhaal van Chloé en Bram die naast elkaar zitten in het vliegtuig. Op de eerste blik hebben ze meteen een oordeel over elkaar. Hoe je je in mensen kunt vergissen, blijkt wanneer er dusdanig heftige turbulentie ontstaat dat Chloé en Bram bang zijn neer te zullen storten. Chloé beseft dat ze absoluut niet wil sterven. Bram bedenkt zich dat hij het niet een een ramp zou vinden om te sterven. Dan was hij overal maar vanaf. Tijdens de turbulentie begint een voorzichtige toenadering.
Het andere verhaal dat me bleef bezig houden, is dat van Louise, een oude dame die haar overleden man enorm mist. Op een dag krijgt ze een foto in haar brievenbus met maar één regel tekst. De vier dagen hierna ontvangt ze steeds weer een foto. Maar van wie? En wil ze, wanneer ze weet wie haar die prachtige foto’s stuurt, diegene wel ontmoeten?
De verhalen vertellen over een bonte diversiteit aan vormen van eenzaamheid en verdriet. Dat één woord zo’n verzameling aan soorten eenzaamheid kan bevatten. Soms is de eenzaamheid gekozen, soms ook niet. De mooiste omschrijving die ik las in de bundel, gaat eigenlijk op voor de personages in alle verhalen:
Ik wil hier weg. Ik wil nergens naar toe. Ik wil schreeuwen en voor altijd zwijgen. Ik wil dat die geluiden verdwijnen. Ik wil die beelden niet meer zien. Ik wil iets doen. Ik moet iets doen.’
De tegenstrijdigheid van het eenzaam zijn en dit te willen doorbreken. Maar hoe? Durf je dat? Kun je dat? Of is de eenzaamheid toch beter?
Sommige verhalen lijken een minieme glimp van hoop te bieden voor de personages. Andere verhalen lijken slechts te kunnen eindigen in een voortdurende wanhoop.
Wat ik heel knap vind, is hoe Griet Op de Beeck iedereen zijn of haar persoonlijke wanhoop geeft. Hierdoor krijgt elk verhaal zijn eigen karakter. Door haar betrokken manier van schrijven en haar personages in al hun kwetsbaarheid neer te zetten werd ik als lezer het verhaal ingezogen en voelde ik me bij ieder van de personages betrokken. Elk verhaal grijpt je naar de keel omdat Op de Beeck je het hoofd en de gedachten van eenieder in sleurt. Intiemer dan dat kun je niet zijn.
Al lezend realiseerde ik me dat ongewenste eenzaamheid een gevaarlijk iets is. Het vreet je op met huid en haar.
Wat me aan de vorm van deze verhalen bundel opviel is dat, met uitzondering van drie verhalen, elk verhaal precies vier hoofdstukken telt. Op één na worden de verhalen in chronologische volgorde vertelt. Er is één verhaal dat van hoofdstuk vier naar hoofdstuk een loopt. Ik vraag me af waarom de schrijfster er voor gekozen heeft juist dit verhaal achterstevoren te vertellen.
Ondanks dat de verhalen treurig stemmen, vind ik het een prachtige verhalenbundel, die veel stof tot nadenken geeft.
Gij nu/Griet Op de Beeck/Uitgeverij Prometheus/2016/288 blz./ ISBN 9789044629354