Toen hij met Sara was, had de dertigjarige Boris weinig last van zijn dwangstoornis. Maar als zij de relatie op een maandagochtend verbreekt, gaat het bergafwaarts. Hij kan niet anders dan twee straten verderop bij zijn alleenstaande vader Nico aanbellen- een rustige en enigszins stugge weduwnaar, die zijn zoon wel wil helpen. De moeder van Boris overleed vlak na de bevalling, dus ze zijn altijd met z’n tweeën geweest. Als Nico Boris wil helpen, zullen ze echter beiden hun grootste zwaktes toe moeten geven. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Op initiatief van Nico, die ziet hoe slecht het met zijn zoon gaat, gaan ze op een gezamenlijke trip naar Praag. Daar komen de verhoudingen op scherp te staan. Zullen ze na al die jaren eindelijk hun kaarten op tafel leggen?
De eerste maandag van de maand
vertelt het verhaal van een vader en een zoon, die ieder op hun eigen manier proberen te leven met een dwangstoornis. Mijn eerste indruk van het boek was: Wat een rare titel! Na het eerste hoofdstuk snap je het meteen. Één van de dwangneuroses van Boris is namelijk dat hij tijdens het luchtalarm, dat altijd op de eerste maandag van de maand wordt getest, al zijn spullen die hij op dat moment bij zich heeft op tafel moet leggen. Het is een soort ritueel, dat lijkt op de controle langs de douane op een vliegveld. Waarom doet hij dat? Het moet. Het is geen optie voor Boris om het niet te doen. Net zoals hij altijd twaalf keer moet checken of de deur op slot zit en nooit iets mag doen of zeggen met een oneven aantal. Onder een paraplu lopen, die een ander vast heeft, is uit den boze. De lijst van zelf opgelegde regels is oneindig in het leven van iemand met een dwangstoornis. Ik weet niet of Peter Zantingh zelf ook een dwangstoornis heeft, maar hij beschrijft het in ieder geval wel heel goed. De gedachten van zowel Boris als Nico tijdens een dwangaanval lijken erg realistisch.
De titels van de hoofdstukken zijn telkens een kruisje of een rondje. Het kruisje staat voor Nico, het rondje voor Boris. Het verhaal wordt dus afwisselend door beiden verteld. Zantingh maakt ook veel gebruik van flashbacks. Zo vertelt Boris ons hoe hij Sara een paar jaar geleden heeft ontmoet en vertelt zijn vader op zijn beurt weer hoe hij de moeder van Boris ontmoette. De flashbacks komen elke keer op het juist moment, wat het lezen prettig maakt.
Ik denk dat de band die Boris en zijn vader hebben herkenbaar is voor vele vaders en zonen. Ook al loopt het contact soms wat stroef, de onvoorwaardelijke liefde blijft. Het fijne aan dit verhaal is, dat het einde niet perfect hoeft te zijn om het boek met een tevreden gevoel dicht te slaan. Zeker een aanrader voor zowel jong als oud!
De eerste maandag van de maand / Peter Zantingh / Uitgeverij Arbeiderspers / 2014 / 220 pag. / ISBN 9789029589512