Goldschmidt schreef dit boek vanuit een fascinatie. Een fascinatie voor de broers de Paauw, die samen de directie van de hormoonfabriek vormden en allebei totaal verschillend waren. De één vertegenwoordigt het goede, de andere het kwade. Aron is traag terwijl Motke altijd snel is, Aron heeft een sterke moraal, terwijl Motke overleven belangrijker vindt, Aron is altijd een verliezer geweest terwijl Motke altijd wint, Aron kan het respect van zijn vader maar niet krijgen terwijl Motke duidelijk zijn oogappel was, Aron stottert en is onzeker, Motke is altijd zeker van alles. Enorme tegenstellingen dus, terwijl ze toch een tweeling zijn, negen maanden in dezelfde buik tegen elkaar aan gelegen hebben. Hun levens nemen ook een totaal andere wending, onder invloed van ´de hormoonfabriek´ en alles wat haar succes met zich meebrengt.

Mordechai (Motke) de Paauw is een echt handelsman en ruikt zijn kansen. Hij is een vechter en laat zijn emoties niet in de weg komen. Hij staat aan de wieg van het succesvolle bedrijf Organon dat insulinepreparaten produceert uit de overblijfselen van de vleesfabriek van de familie de Paauw. In die tijd was er een jacht op hormonen gaande en dit resulteerde in een spannende strijd tussen bedrijven en wetenschappers. Mordechai gaat een verbintenis aan met de joodse wetenschapper van Duitse afkomst Rafaël Levine. Levine is een idealist en dus eigenlijk weer het tegenovergestelde van Mordechai, hun samenwerking verloopt ook niet altijd vlekkeloos. In deze samenwerking vind je een andere interessante tegenstelling die ook steeds terugkomt in het boek. De tegenstelling tussen wetenschap en commercie. Mordechai zelf vindt deze tegenstelling ook interessant en probeert deze twee werelden met elkaar te verbinden, iets wat niet altijd makkelijk is. Beide werelden hebben natuurlijk hun eigen idealen.

Dat het niet altijd goed gaat met het nieuwe en bruisende bedrijf, valt vooral Mordechai te verwijten, al heeft hij dat zelf niet zo heel erg door. Zijn niet te temmen verlangen naar vrouwen, resulteert in een groot familiedrama en is een rode lijn in het boek. Het lijkt vaak mis te gaan met het bedrijf, maar Mordechai weet zich er telkens uit te redden. Hij doet ook eigenlijk niet zo heel veel fout vindt hij. De fabrieksmeisjes vinden zijn avances toch ook fijn? Ze werken toch altijd mee? Veel zelfinzicht heeft Mordechai inderdaad niet. Uiteindelijk wordt zijn broer de dupe van deze situatie, iets wat Mordechai toch wel dwars lijkt te zitten. Het leuke aan dit boek is dat we Mordechai op zijn sterfbed ontmoeten, wanneer hij terugkijkt op zijn leven en de balans opmaakt. En wanneer hij lijdzaam toe moet kijken hoe zijn zoon dezelfde fouten maakt als hij, maar daarvoor wel in de problemen komt. De vergelijking met Dominique Strauss-Kahn is hier erg duidelijk.

Ik vind het een sterk boek. Ten eerste omdat Goldschmidt een hele fijne schrijfstijl heeft en het verhaal goed op weet te bouwen. Maar ook omdat ze hele goede personages gecreëerd heeft. Ze zijn rond en zijn daardoor heel geloofwaardig. Het verhaal is natuurlijk gebaseerd op een waargebeurd verhaal, maar blijft fictie, al zou ik dit verhaal zo voor ‘echt’ aannemen. Het feit dat het boek gebaseerd is op een waargebeurd verhaal maakt het voor mij alleen nog maar interessanter. Ik heb het boek echt in een paar dagen uitgelezen, mezelf vaak verbijtend om de beslissingen van Mordechai. Een absolute aanrader dus, dit boek over tegenstellingen, botsingen en fouten, maar ook over succes en alles wat dat met zich mee brengt.

Deze recensie is geschreven door Rhea van der Dong, 19 jaar, student Taal- en Cultuurstudies aan de Universiteit Utrecht

De hormoonfabriek / Saskia Goldschmidt / Uitgeverij Cossee / 2012 / 288 pag. / ISBN 9789059363694