Tiba’s grootste bekommernis in haar jonge leven is de muur die haar tuin van die van haar buurmeisje Setara scheidt, waardoor ze elkaar veel te weinig kunnen zien. Maar dan plegen de moedjahedien een staatsgreep en verandert Kaboel van de ene dag op de andere in oorlogsgebied. Tiba’s
problemen zijn nu van een heel andere aard: welke klasgenoten zijn opeens dakloos? Zal hun huis standhouden tegen de bombardementen? Hebben ze wel genoeg te eten? Moeten ze verhuizen? En kunnen de bedreigingen van tegen haar vader – kolonel is bij het Afghaanse leger – werkelijkheid worden? Tot Tiba’s grote consternatie beslissen haar ouders uiteindelijk om te vluchten, en beginnen ze aan een gruwelijke tocht door het land.
Geen van ons keek om
is het op waarheid gebaseerde verhaal van journaliste Tahmina Akefi. De thematiek van vriendschap en de oorlog in Afghanistan laat de associatie met Khaled Hosseini gemakkelijk leggen. Helaas komt dit boek zelfs niet in de buurt van de aangrijpendheid en kracht van een boek als
De vliegeraar
. Zoals wel vaker gebeurt, levert de realiteit een zeer karige roman op. De gebeurtenissen lijken lukraak achter elkaar geplakt, ongetwijfeld volgens de echte gebeurtenissen, maar daardoor lijkt het weinig op een echt verhaal met een spanningsboog en een lijn die je als lezer grijpt. Helemaal erg wordt het als er in het midden van oorlogsgewoel opeens een belerende uiteenzetting komt van wat halwa is en wanneer het gegeten wordt. De enige echte meerwaarde van dit boek is dan ook dat het een heel duidelijk beeld geeft van de machtsgrepen in Afghanistan uit het verleden en hoe die dat land veranderd hebben.
Zo’n boodschap komt natuurlijk niet over in een verder vrij emotieloze opsomming van gebeurtenissen waar een persoonlijke stem ontbreekt. Zeker als de schrijfstijl ondermaats is. Daardoor wordt deze roman op geen enkel moment aangrijpend – sommige passages zijn zelfs ronduit tenenkrommend: ‘Wie is Setara?’ Hoe kon ik dat uitleggen? Een vriendin? Dat voelde zo onaf, onvolmaakt. Ik wist wie ze was voor mij, maar kon dat niet in woorden uitdrukken.’
Ook de meeste conversaties zijn gekunsteld en allesbehalve geloofwaardig: “Khalid keek naar ons en sloeg met de palm van zijn hand een paar keer op zijn kalasjnikov. ‘Laat hen aan mij over.’ ‘En dan?’ zei de directeur fronsend. ‘Ik wil hem een speciale behandeling geven. Niet alleen hem, maar ook de rest van zijn lieftallige gezin.’ ‘Dat kan, maar ik heb lang uitgekeken naar zo’n dag als vandaag’, zei de directeur.”
Het lijkt erop dat het mooiste verhaal onverteld is gebleven: de flaptekst zegt dat de schrijfster enkele jaren geleden voor het eerst haar vroegere vriendin weer ontmoette, en ook terugkeerde naar Kaboel. Waren deze verhaallijnen door dit magere boek heen geweven, dan was het verhaal misschien nog enigszins memorabel geweest en had het niveau van geschiedenisles overstegen – al had er dan wel nog heel wat moeten gebeuren aan de schrijfstijl en toonzetting. Het zou me niet verwonderen als deze verhalen zijn achtergehouden voor een volgende boek. Jammer genoeg vrees ik dat niemand na het lezen van dit eerste relaas daar nog op gaat zitten wachten.
Geen van ons keek om / Tahmina Akefi / Uitgeverij De Geus / 2011 / 254 pag. / 9789044518221
Deze recensie is geschreven door Elly Simoens, student aan de Universiteit van Gent en recensent van o.a. DeLeeswelp