Life could be a dream – Sh-boom Sh-boom… David John Coombs, die zich liever DJ Cool noemt, past bijna naadloos in het rijtje Huckleberry Finn, Holden Caulfield en Ponyboy Curtis: stuk voor stuk hoofdpersonages uit beroemde coming-of-age boeken. Allemaal tieners die dromen, die een geweldige fantasie hebben, goed observeren, scherp en sarcastisch formuleren, maar uiteindelijk moeten ze vaststellen dat ze toch zélf iets moeten ondernemen om hun leven een andere wending te geven.

DJ vertelt de lezer hoe het zo allemaal is gekomen. Dat hij -tot nu toe!- zijn leven moet slijten in een onbetekenend Engels badplaatsje, waar zijn vader een piepende en krakende draaimolen exploiteert op een  verlopen gietijzeren pier. Zo’n pier, die 100 jaar geleden nog een teken van trots en vooruitgang, van grandeur was, maar inmiddels alleen nog dikbuikige getatoeëerde veertigers met schreeuwende kinderscharen trekt. Fish en chips vretend, verveeld en ontevreden.

En DJ vertelt… over Opa Augurk, Opa Ezel, Opa Sleepvoet, de generaties Coombs trekken aan je voorbij, inclusief alle gemiste kansen op een rijk en meeslepend leven. Maar DJ is vastbesloten zijn kansen niet te laten glippen. Zittend in de oude Spitfire, een overblijfsel uit WO II, aan het begin van de pier, vertelt hij in korte tijd het verhaal van zijn familie, maar ook wat er in zijn eigen leven  gebeurt. Over zijn vriend Slimy die zijn vriend niet meer is. Over Kate die zijn vriendin niet meer is. Over de oplossing die hij heeft bedacht voor de rotsituatie waar hij nu in vastzit. Vanaf de namiddag, binnen een paar uur tijd weet je alles over DJ en iedereen om hem heen. Als het uiteindelijk middernacht is raakt het boek in vuur en vlam… Life could be a dream. Sh-boom sh-boom…